Sporten met diabetes type 1
Dat sporten en bewegen goed voor ons is, weten we allemaal. Ook mensen zonder diabetes wordt aangeraden om voldoende te bewegen. Niet voor niks heeft de overheid hier richtlijnen voor opgesteld. Maar hoe zit het precies voor mensen met diabetes?
Tijdens het sporten gebeurt er van alles met het lichaam. Waar moet u allemaal rekening mee houden als u diabetes type 1 heeft en wilt sporten?
Voorkomen van een hypo
Tijdens het sporten verbrandt uw lichaam extra energie. Dat gebeurt ook als u een rondje gaat wandelen, dus u hoeft niet meteen een (top)sporter te zijn. Om energie te kunnen verbranden, heeft het lichaam brandstoffen nodig. Een van die brandstoffen is glucose. Als uw lichaam extra energie verbrandt, kan als gevolg daarvan uw bloedglucose laag worden. Een hypo ligt dan op de loer. Het is daarom belangrijk om altijd vóór het sporten uw bloedglucosewaarde te meten. Ligt deze tussen 8 en 15 mmol/l, dan bent u klaar om te starten met uw activiteit. Maar welke activiteit kunt u dan het beste kiezen?
Effect van verschillende activiteiten
Allereerst is het belangrijk dat u een activiteit kiest die u leuk vindt. Zo is de kans het grootst dat u genoeg motivatie heeft om het bewegen vol te houden. Verder verschilt het per persoon hoe het lichaam reageert op de inspanning. Er is dus geen kant-en-klaar advies voor sporten met diabetes, maar het is een kwestie van uitproberen en leren. Over het algemeen verlaagt de bloedglucose door duursport (bijv. joggen, fietsen, roeien) en zorgt explosief bewegen (bijv. sprinten, zware krachttraining) juist voor een verhoging van de bloedglucose.1 Hoeveel de bloedglucose daalt of stijgt, hangt af van verschillende factoren, zoals de duur en intensiteit van de activiteit.
Meten is weten
Bent u van plan om meer te bewegen, meet dan altijd vooraf uw bloedglucose. Ligt de waarde boven de 15 mmol/l, dan kunt u het sporten beter even uitstellen. Neem snel opneembare koolhydraten als uw waarde lager dan 4 mmol/l is. Denk bijvoorbeeld aan dextrosetabletten of een glas suikerhoudende limonade. Gaat u binnen twee uur na een maaltijd sporten, dan kan het noodzakelijk zijn om uw insulinedosering aan te passen. Overleg dit met uw behandelaar. Verder is het belangrijk om ongeveer twee en vier uur na het sporten opnieuw uw bloedglucosewaarde te controleren. Vooral bij duursporten
kan deze namelijk nog sterk dalen.
Tot slot is het slim om iemand in uw omgeving te laten weten dat u diabetes heeft. Vertel er ook meteen bij wat ze moeten doen als u onverwacht toch een hypo krijgt. Maar bovenal: geniet van het sporten!
Referenties
1. Riddell, M.C., Gallen, I.W., Smart, C.E. et al. Exercise management in type 1 diabetes: a consensus statement. The Lancet, 2017, 5: p.377-390.
Overige bronnen
https://www.dvn.nl/leven-met-diabetes/bewegen/bewegen-type-1
https://stage.medtronic-diabetes.com/sites/stage.medtronic-diabetes.com/files/shared/documents/2021-08/02816-nl-diabetes-en-sport.pdf